Hoofdstuk 19 - Slothouber & Graatsma
Dankzij de mijnen groeide Heerlen in de jaren vijftig en zestig uit tot één van de rijkste steden van Nederland. Het was een echte winkelstad. Geen enkele stad had zoveel warenhuizen als Heerlen. Verantwoordelijk voor het beeld van de Staatsmijnen naar buiten waren in die jaren Slothouber en Graatsma.
In 1952 trad William Graatsma (1925-2017) in dienst van de Staatsmijnen, later DSM te Heerlen. Hier ontmoette hij Jan Slothouber (1918-2007). Ze werden het creatieve brein van de voorlichtingsdienst die het concern een corporate identity moest verschaffen door middel van reclame-uitingen, tentoonstellingen en andere presentaties van het overheidsbedrijf via reclame, relatiegeschenken, verpakkingen, advertenties. Zij deden dat zo goed dat ze in 1965 een tentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam kregen: ‘Vier kanten: maat, vorm, kleur, letter’. Het Stedelijk behoorde destijds tot de toonaangevende musea voor moderne kunst in de wereld. In 1966 ontvingen ze de Sikkens-prijs. Een jaar later richtten ze het Centrum voor Cubische Constructies op. Niet in de vorm van een fysieke ruimte, maar als concept, het CCC bestond enkel in hun hoofd. Ze ontwierpen meubelbouwpakketten (‘eenvoudige montage door 1 persoon met behulp van een schroevendraaier’), speelgoed, gewelfde stoeptegels, kinderpostzegels.
De tweejaarlijkse Biënnale van Venetië is een van de belangrijkste kunstmanifestaties ter wereld. Tot hun eigen verbazing werden zij in 1970 gevraagd voor de Nederlandse inzending. Na Venetië was de tentoonstelling in zijn geheel of in onderdelen te zien in verschillende musea en galeries in Duitsland, België, Zwitserland en Nederland.
In 1970 ontwierpen ze kinderpostzegels met als thema 'Het kind en de kubus'.
In 1970 werd Slothouber hoogleraar aan de Technische Universiteit Eindhoven, Graatsma docent aan diverse bouwkunstopleidingen. In 1983 werd hij directeur van de post-academische Jan van Eyck Academie in Maastricht, een functie die hij tot 1990 vervulde.
Vanaf 1983 bleef Slothouber verder werken aan de ontwikkeling van zijn ‘kubiese konstrukties’. Deze ‘Nieuwe Kubiese Konstrukties’ ‘NKK’ leverden hem eveneens veel waardering op. In 1989 kreeg hij hiervoor een IKEA Award.
In de jaren 80 werd in Heerlen op de hoek Eikenderweg-Pater Beatusstraat een, door hen ontworpen, Kubus geplaatst. Hoewel niet zo bedoeld, werd deze door de jeugd gebruikt als speel-en klimtoestel. Al snel werd deze Kubus weer verwijderd.
Hun objecten bevinden zich thans in het depot van enkele gerenommeerde kunstmusea zoals het Stedelijk Museum Amsterdam, Museum Boymans van Beuningen Rotterdam en Van Abbemuseum Eindhoven.

Cubische constructies van Slothouber en Graatsma 1965-1970 Goodwill-uitgave nr. 50 van drukkerij Rosbeek
terug «
|